maandag 5 november 2012

Niet liberaal en niet sociaal


Nog voor dat het kabinet geïnstalleerd was, is het vertrouwen erin tot een dieptepunt gezakt. Volgens de peilingen van Maurice de Hond zou de coalitie nu 57 zetels in de Tweede Kamer krijgen, lang geen meerderheid dus. En dat is geen wonder: het regeerakkoord is noch liberaal noch sociaal.

Hans Spekman sprak dit weekend zijn waardering voor het regeerakkoord uit door te zeggen dat nivelleren een feest is. Daarmee zag hij twee dingen over het hoofd. Er wordt alleen genivelleerd met betrekking tot de middeninkomens, de hogere inkomens blijven buiten schot. Ernstiger is dat de inkomensplaatjes maar het halve beeld geven. Wie de pech krijgt werkloos te worden, gaat in inkomen tientallen procenten achteruit. Er dreigt een tweedeling in de samenleving te komen tussen degenen die (nog) werk hebben en degenen die werkloos zullen zijn. En dat laatste aantal zal door het kabinetsbeleid toenemen.

De cijfers van het Centraal Planbureau laten dat duidelijk zien: als gevolg van het bezuinigingsbeleid van het kabinet zal de werkloosheid toenemen. En dat is nog maar het halve beeld, want ook zzp’ers en het mkb zullen het heel moeilijk krijgen als gevolg van de terugval in bestedingen.

Met name de werkloze ouderen en jongeren zullen het heel moeilijk krijgen. Wie ouder dan 45 jaar is en werkloos wordt kan vergeten – uitzonderingen daargelaten – dat hij nog werk kan krijgen op hetzelfde niveau of tegen een vergelijkbaar salaris als zijn vorige baan. Wie starter is op de arbeidsmarkt en geen werkervaring heeft, zal de komende jaren heel moeilijk een baan krijgen. Net als in de jaren 1980 dreigt een verloren generatie. Als de economie straks weer aantrekt (in 2020 ?), zullen werkgevers de voorkeur geven aan pas afgestudeerden boven degenen met dezelfde kwalificaties die enkele jaren naar werk hebben gezocht.

Zeker onder deze omstandigheden is het drastisch versoberen van de sociale voorzieningen niet sociaal te noemen. Het is dan ook verbazingwekkend dat de PvdA hier mee akkoord is gegaan. Is de lust om te regeren groter dan de wens een sociaal beleid te voeren? Geen wonder dat de PvdA in de peilingen gezakt is tot 30 zetels.

En de VVD-achterban heeft ook terecht reden om te mopperen. Dat de PvdA een zekere nivellering wilde is tot daar aan toe. Maar het gekozen instrument daarvoor is desastreus. Niet alleen omdat het vooral ten koste van de middeninkomens gaat –de hogere inkomens gaan er op vooruit - maar vooral omdat daarmee de hele basisfilosofie van het zorgstelsel op de helling wordt gezet. Daarbij komt dat het in het geheel niet bijdraagt aan het beperken van de zorgkosten. Als je wilt nivelleren, is de inkomensbelasting daartoe het aangewezen instrument, en niet allerlei andere regelingen. Wat nu gebeurt, is het weghalen van het laatste restje marktwerking in de zorg. Bovendien wordt door allerlei maatregelen nog meer macht aan de verzekeraars gegeven. Ook hierin is het regeerakkoord niet liberaal. De VVD-kiezer is er achter gekomen dat de wil om te regeren belangrijker was dan het bereiken van een evenwichtig en doordacht resultaat. Geen wonder dus dat de VVD in de peilingen tot 27 zetels is gezakt.

Beide partijen schofferen hun achterban door een regeerakkoord te sluiten dat noch liberaal noch sociaal is. Erelid van de VVD Hans Wiegel zei dit weekend dat de VVD terug moest naar de onderhandelingstafel. Hij zei dat de PvdA wel zo verstandig zou zijn om de VVD uit de problemen te helpen. Maar ook de PvdA zou terug moeten naar de onderhandelingstafel vanwege de asociale aspecten van het regeerakkoord. Als dat gebeurt zou er wellicht nog iets te redden zijn, anders kan dit kabinet het best zo snel mogelijk verdwijnen.

vrijdag 2 november 2012

Regeren is meer dan kwartetten met standpunten


Volgens het FD van vandaag heeft informateur Wouter Bos de twee partijen ieder een kaart laten kiezen met daarop een cruciale wens. Mark Rutte koos de kaart ‘voldoende bezuinigen voor structureel begrotingsevenwicht’ en Diederik Samsom koos ‘een eerlijkere inkomensverdeling’. Ergens in het formatieproces is toen besloten dat het laatste zou betekenen dat de zorgpremie inkomensafhankelijk werd. Met forse gevolgen voor de inkomens van de middengroepen, die net zo goed hardwerkende Nederlanders zijn.

Dat de kaart die Rutte koos een verkeerde keus is, moge duidelijk zijn. In een economische recessie is het onverstandig om te bezuinigen. Dat is vorige maand nog een keer bevestigd door het IMF. Niettemin volhardt hij in zijn idée fixe dat er per se op korte termijn evenwicht op de begroting moet komen. Het gevolg is dat de werkloosheid extra stijgt en de crisis zich verdiept, zoals blijkt uit de doorrekening van het Centraal Planbureau. Onverstandig beleid dus. Veel toekomstige werklozen zullen dat merken, maar ook het mkb een zzp’ers zullen er de gevolgen van ondervinden.

Natuurlijk moet je in coalitiebesprekingen elkaar wat gunnen. En als Samsom kiest voor een eerlijkere inkomensverdeling, zijn er veel manieren om dat te bereiken. Het aangewezen instrument is de inkomensbelasting. Je kunt bijvoorbeeld de belastingvrije voet verhogen, de schijven of de tarieven aanpassen.

De methode die nu gekozen is, laat zien dat er door de onderhandelaars niet goed nagedacht is. Rutte is akkoord gegaan met een ordinaire belastingverhoging, alleen heet deze anders. Het resultaat dat VVD-minister Hans Hoogervorst met zijn stelselwijziging had bereikt – ook al valt daar het nodige op aan te merken – wordt zo in één keer tenietgedaan. Maar ook Samsom heeft met dit akkoord laten blijken weinig over de gevolgen te hebben nagedacht. Het eigen risico in de zorg wordt voor iemand met een modaal inkomen € 350. Dat is fors en het is een extra drempel om noodzakelijke zorg te vragen. Geconcludeerd kan worden dat het regeerakkoord met betrekking tot de zorg noch liberaal noch sociaal is.

Helaas geldt dat voor veel andere onderwerpen. Zo ook voor één van de andere dossiers waar Nederland op hervormingen zit te wachten: de woningmarkt. Er worden wel wat maatregelen genomen, maar een consistente en evenwichtige visie ontbreekt. De woningmarkt blijft onevenwichtig. Waarom moet je een annuïteitenhypotheek afsluiten om voor renteaftrek in aanmerking te komen? En waarom niet een tax-credit systeem invoeren zodat iedereen van hetzelfde tarief geniet? Voor lagere inkomens wordt het zo moeilijker om een eigen huis te kopen. Is dat sociaal?

Uit veel maatregelen blijkt dat het regeerakkoord noch sociaal noch liberaal is. Het regeerakkoord is gebaseerd op twee gedachten: (i) we willen (moeten) met elkaar regeren en (ii) er moet 16 mrd bezuinigd worden. Als je dan twee partijen hebt die geen consistente visie en ideologie hebben, krijg je een uitruil van standpunten in plaats van een goed doordacht, consistent beleid. De opstand die nu in de VVD plaats vindt is daar een gevolg van. Maar ook als de PvdA coulant zou zijn en de VVD een herstel van deze misser zou gunnen, dan nog wordt het regeerakkoord er niet veel beter op. Het blijft een gedrocht met weinig visie. En liberaal of sociaal zal het nooit worden. Regeren is meer dan kwartetten met standpunten. Nederland (“dit mooie land”) verdient beter.

donderdag 1 november 2012

Zorgperikelen


De voorstellen van de coalitiepartners om de premie voor de zorg inkomensafhankelijk te maken zijn slecht doordacht. Niet alleen omdat veel huishoudens er fors in koopkracht op achteruit zullen gaan – en anderen vooruit – maar vooral omdat er geen duidelijk concept achter zit en het haaks staat op de basisgedachte achter het zorgstelsel dat wij sinds 2006 kennen. Het regeerakkoord is daarin geheel niet consistent en uiteindelijk zal het tot hogere zorgkosten leiden.

Het principe dat de sterkste schouders de zwaarste lasten moeten dragen kan ik onderschrijven. Daarom hebben wij in Nederland ook een progressief belastingstelsel: het belastingtarief loopt op naarmate je meer verdient. Als je meer wilt nivelleren, zoals de coalitiepartners hebben afgesproken, dan moet je het hoogste tarief verhogen of de belastingschijven inkorten. Dat is dan een duidelijk instrument. Wat je zo veel mogelijk moet vermijden is om allerlei regelingen en voorzieningen inkomensafhankelijk te maken. Dat werkt verwarrend en is nodeloos bureaucratisch. Wij willen toch ook niet dat bioscoopkaartjes inkomensafhankelijk zijn of dat het Btw-tarief bij de supermarkt afhankelijk is van je loonstrookje? Waarom dan wel bij de zorgpremie?

Het zorgstelsel dat in 2006 is ingevoerd, is gebaseerd op concurrentie tussen verzekeraars. Deze worden geacht zorg “in te kopen” – een onzinnige gedachte overigens – en daarbij zowel op prijs als op kwaliteit te letten. Door scherp op de kosten te letten, kunnen zij met hun tarieven – de nominale premie - en hun overige voorwaarden concurreren. Om de koopkrachteffecten voor de lagere inkomens van de invoering van de nominale zorgpremie te compenseren, is er een zorgtoeslag ingesteld. Dat werkte redelijk goed: ook lagere inkomens hadden zo belang bij een zo laag mogelijke nominale premie, maar zij verloren geen koopkracht door de invoering van het stelsel.

Wat nu als inkomensafhankelijke zorgpremie wordt gepresenteerd is in feite niet anders dan een soort belasting, waarmee het grootste deel van de zorgverzekering gefinancierd wordt. De concurrentie tussen de zorgverzekeraars wordt daardoor weggenomen. Eén van de pijlers waarop het zorgstelsel rust, wordt zo onderuit gehaald. Er zullen dus minder prikkels zijn om de zorgkosten in de hand te houden en op de kwaliteit te letten. Het merkwaardige is dat de coalitiepartners er wel van uit gaan dat de verzekeraars die rol blijven vervullen. Het regeerakkoord is daarin dus niet consistent.

Als je de zorgkosten echt in de hand wilt houden, moet de consument weten hoeveel de zorg kost en ook een evenredig deel daaraan bijdragen. Als je de consument bijvoorbeeld 10% laat betalen van alle zorgconsumptie tot een maximum van € 3.000, dan heeft hij in totaal een eigen risico van € 300. Maar bij ieder beroep op de zorg zal afwegen of hij die kosten inderdaad wil maken, zonder dat er sprake is van een financiële drempel, zoals dat nu het geval is. Een dergelijk stelsel is veel effectiever om de kosten te beheersen dan wat nu in het regeerakkoord staat.

Dat de VVD akkoord is gegaan met een inkomensafhankelijke premie om daarmee een verlaging van de belastingtarieven te financieren is pure window dressing: voor de meeste inkomens is de inkomensafhankelijke premie (11,1% van het inkomen) een stuk hoger dan de verlaging van het toptarief met enkele procentpunten. Als je je in het verkiezingsprogramma voor een verlaging van de belastingen hebt uitgesproken, moet je niet via een achterdeur hogere belastingen binnenhalen. Als je denkt dat de kiezer niet door heeft dat hij aldus bedrogen wordt, heb je wel een heel lage dunk van het denkvermogen van je achterban.

Ernstiger evenwel is de systeemfout die geïntroduceerd wordt. Met de inkomensafhankelijke premie wordt in feite het hele zorgstelsel – dat door VVD-minister Hoogervorst in 2006 is ingevoerd – onderuit gehaald. Dit laat zien dat de onderhandelaars niet goed hebben nagedacht waar zij mee bezig waren. Dat geldt voor de zorg, maar dat geldt helaas voor veel andere beleidsterreinen. Het is maar goed dat deze coalitie geen meerderheid heeft in de Eerste Kamer.