vrijdag 24 augustus 2012

Politici bestrijden vorige crisis

Generaals zijn vaak bezig de vorige oorlog uit te vechten. Het lijkt alsof de meeste politici in Nederland ook de vorige economische crisis aan het bestrijden zijn. Als je Rutte, Pechtold, van Haersma Buma hoort spreken hebben zij een uitstekend recept om de crisis op te lossen. Maar dan wel die van begin jaren tachtig van de vorige eeuw. Niet de huidige. Je vraagt je af of zij het verschil wel kennen tussen een Keynesiaanse en een klassieke werkloosheid.

In de jaren tachtig was er sprake van een klassieke werkloosheid. De lonen waren te hoog ten opzichte van de prijzen. Het was daarom niet lonend om de werkgelegenheid uit te breiden. Nederland leed aan de zogenoemde Dutch disease en had zich uit de markt geprijsd. Wij gaven als land meer uit dan wat wij verdienden en hadden dus een tekort op de betalingsbalans. In die situatie had het geen zin om het tekort van de overheid te laten oplopen. Er was immers geen sprake van een vraagtekort. Toch is het overheidstekort toen fors gestegen: van 0,8% in 1977 naar maar liefst 6,2% in 1982. Dat was toen niet verstandig en onder die omstandigheden was het beter geweest de overheidsfinanciën sneller op orde te brengen.

Nu is de situatie heel anders: er is sprake van een Keynesiaanse werkloosheid. De economie krimpt door een tekort aan vraag naar goederen en diensten. Onder die omstandigheden moet de overheid juist zorgen dat de vraag op peil blijft. Dat gebeurt nu niet en doordat de overheid bezuinigingen en lastenverhogingen aankondigt, worden de mensen bang en geven minder uit. Je ziet in Nederland de binnenlandse bestedingen teruglopen en de Nederlandse economie doet het dan ook slechter dan die van de omringende landen. Een duidelijk verschil met de jaren tachtig is ook dat wij al jaren een fors overschot op de betalingsbalans hebben: wij verdienen als land meer dan dat wij uitgeven. Dat overschot loopt nu verder op door de terugval van de binnenlandse bestedingen en dat is niet goed voor het evenwicht in Europa.

Onder de huidige omstandigheden is het het beste om de zogenaamde automatische stabilisatoren te laten werken: het overheidstekort loopt dan iets op en zal vanzelf weer dalen als de economie weer aantrekt. 

En de staatsschuld dan? Natuurlijk zal die iets stijgen, maar dat moet ook in perspectief worden geplaatst. In 1950, tijdens de wederopbouw was deze 141% van het bruto binnenlands product. Dat is als gevolg van economische groei gedaald tot 38% in 1977. Door de crisis in de jaren tachtig liep deze op tot 77% in 1993. Op dit moment bedraagt de staatsschuldquote 72%.

Een groot verschil is evenwel de lange rente. In de jaren tachtig was deze heel hoog, met een top van 11,5% in 1981. Dat past bij het economisch beeld van toen: een klassieke werkloosheid die met verkeerd beleid bestreden werd. Als gevolg daarvan betaalde de overheid enorme rentelasten over de staatsschuld met maxima van 6,2% van het bruto binnenlands product in 1985 en 1992. Nu bedraagt de lange rente 2,0% en zijn de rentelasten van de overheid 2,0% van het bruto binnenlands product.

Natuurlijk is het verstandig de staatsschuld niet te ver te laten oplopen en moeten de overheidsfinanciën op termijn weer gezond zijn. Maar voor gezonde overheidsfinanciën is een gezonde economie nodig. Met het huidige beleid bereik je dat niet. Doordat de binnenlandse bestedingen teruglopen, zal de werkloosheid verder stijgen en zullen bedrijven failliet gaan. Dat is kapitaalvernietiging. De lessen van de jaren tachtig laten zien dat een “verloren generatie” - schoolverlaters die geen werk kunnen vinden – tenminste tien jaar nodig heeft om de schade weer in te halen. Dat is pas echt lasten naar de toekomst verschuiven.

Het zou goed zijn als de politici de balans tussen deze twee kwaden eens zouden opmaken: een iets hogere staatsschuld bij een lage rente of een hoge werkloosheid en een verloren generatie. LibDem kiest voor werkgelegenheid en het gezond maken van de economie. Dan daalt het overheidstekort en de staatschuld vanzelf, dat duurt alleen iets langer. Dat beleid past nu in de huidige economisch omstandigheden.

Wat de meeste andere politici doen is de crisis van de jaren tachtig bestrijden. En daardoor kan de huidige crisis nog heel lang duren. Zij schuiven daarmee lasten naar de toekomst. Hoezo aanpakken en nu vooruit?


Geen opmerkingen:

Een reactie posten